Vandaag (29 mei 2024) laat Erik Weekers , CEO van FVF, in de krant zijn licht schijnen over de nieuwe wet op de ‘Gebundelde verkoop’ die op 1 juni in werking treedt. Alvast een stap vooruit voor de consument maar zeker nog niet de laatste in dit dossier.
Het Nieuwsblad 29/05/2024 - Auteur: Kristof Simoens
Dat banken hypothecaire leningen gebruiken om klanten aan zich te binden, is niet nieuw: wie bijvoorbeeld ook een brand- of schuldsaldoverzekering neemt, krijgt vaak een lagere rentevoet. Op 1 juni treedt een nieuwe wet in werking die ingrijpt op die ‘gebundelde verkoop’.
Wat is het probleem?
“In een samenleving waarin de consument – geheel terecht – vanwege de wetgever almaar meer bescherming en vrijheid geniet, was de gebundelde verkoop van hypotheekleningen in zijn oude vorm eigenlijk een anomalie”, zegt Erik Weekers, CEO van de Federatie voor Verzekerings- en Financiële tussenpersonen (FVF).
“Dergelijke bundelverkopen zijn legaal. Het probleem is dat je daar als consument heel moeilijk onderuit kunt omdat de bank je vaak straft met een hogere intrestvoet wanneer je later elders je verzekering of zichtrekening wil nemen”, zegt Laura Clays van Testaankoop. Die verhoging kan sterk oplopen: “Als een hypotheeklening met een aanvankelijke intrestvoet van 1 procent wordt opgetrokken naar 1,75 procent bij het switchen van verzekeraar, dan komt dat neer op een tariefverhoging van 75 procent. In euro’s uitgedrukt kan dit neerkomen op meer dan 10.000 euro.” Geen wonder dus dat velen zich ‘gegijzeld’ voelden door hun bankier.
Wat verandert er?
“De nieuwe regeling geeft consumenten na een derde van de looptijd van het krediet de vrijheid om hun verzekering op te zeggen en er elders een nieuwe te nemen zonder de korting op de woonlening te verliezen”, zegt Erik Weekers. En nog nieuw: klanten zullen ook meteen hun zichtrekening naar een andere bank kunnen verplaatsen. Ook dat was vaak een voorwaarde van de bank om de maandelijkse afbetaling via domiciliëring te kunnen inhouden.
Wanneer begint die “een derde van de looptijd van het woonkrediet” te lopen?
De datum waarop de kredietovereenkomst werd gesloten en ondertekend geldt als vertrekpunt. “Het gaat dus niet om de terugbetalingstermijn die slechts begint te lopen vanaf de volledige opname van het kredietbedrag”, verduidelijkt Erik Weekers. “En het gaat om de oorspronkelijke looptijd.” Een niet-onbelangrijk detail, want nogal wat woonkredieten zijn onderhevig aan wijzigingen. Denk aan een variabele rentevoet, een gedeeltelijk vervroegde terugbetaling, of accordeoncontracten (waar je kunt ‘spelen’ met de looptijd van de lening).
Geldt die verandering ook voor bestaande woonleningen?
Het oorspronkelijke wetsontwerp wilde de regeling laten gelden voor alle contracten, ook voor hypothecaire leningen uit het verleden. Maar na een negatief advies van de Nationale Bank zal ze alleen gelden voor nieuwe contracten vanaf 1 juni 2024.
Hoe revolutionair is dit?
“De uiteindelijke wet is een verwaterde versie van het originele voorontwerp”, zegt David Geerts, CEO van adviesketen Hypotheek.Winkel. “Eerst wou de minister de kredietnemer al na twee jaar de vrijheid geven, dat is nu een derde van de looptijd geworden. Veel kredieten lopen over een termijn van 25 jaar. Maar wie zal zijn brandverzekering na acht à negen jaar nog onder de loep nemen? Enkel de hyperbewuste of de écht ontevreden consument. Bovendien is acht jaar ongeveer de gemiddelde tijd waarbij men sowieso al ingrijpt op het krediet, bijvoorbeeld voor een herfinanciering bij dalende rente of omwille van een verhuis. Voor een schuldsaldoverzekering geldt dan weer dat hoe ouder je bent, hoe meer het zal kosten om te veranderen.”
Consumentenorganisatie Testaankoop oordeelt genuanceerder: “De concurrentie zal meer kunnen spelen, en dat is goed voor de consument. Ook al zullen veel kredietnemers nog altijd acht jaar moeten wachten. Wij hadden op twee jaar gehoopt.” Volgens Testaankoop kan overschakelen naar een andere verzekeraar “vooral interessant zijn voor een woonverzekering, maar minder of zelfs niet voor veel schuldsaldoverzekeringen. En uiteraard vinden wij het positief dat je als consument onmiddellijk van zichtrekening kunt veranderen.”
Ook de FVF spreekt van “een eerste mijlpaal richting meer keuzevrijheid voor de consument en een goed werkende vrije markt”.
Is de nieuwe wet dan geen stap vooruit?
Zeker wel. David Geerts geeft twee concrete situaties: “Als de algemene voorwaarden van een verzekering wijzigingen, bijvoorbeeld het optrekken van de tarieven tot boven de ABEX (index van de kostprijs van de bouw, red.), waren verzekeraars al verplicht de klant te informeren en aan te geven hoe ze de lopende overeenkomst kunnen opzeggen. Bij een gebundelde verkoop was dit echter nutteloos, want bij opzegging verloor je de korting op je lening. Dankzij de nieuwe wet is dit niet langer het geval. Meer nog, zelfs in het eerste derde van de kredietperiode kun je bij een gewijzigd tarief boven de ABEX van verzekeraar veranderen zonder dat je rentevoet stijgt.”
Een tweede voordeel, al komt die situatie in de praktijk minder vaak voor: “Als de verzekeraar je overeenkomst opzegt, bijvoorbeeld wegens te veel schadegevallen, kon de bank bij gebundelde verkoop je tarief verhogen. Ook dat is niet meer mogelijk onder de nieuwe regelgeving.”
Zullen de banken nog wel korting blijven geven?
“We verwachten niet dat banken geen korting meer zullen geven”, zegt Laura Clays van Testaankoop. “Uiteindelijk blijft bundelverkoop wel mogelijk. En er zijn nu al banken die hun klanten de kans geven om na een tijd van verzekering te veranderen. Maar wat écht telt, is het totaalplaatje, dus de debetrente + alle verzekeringen en kosten. Kortingen krijgen is niet het doel op zich, wel een zo laag mogelijke totale intrestvoet.”